De Nederlandse politiek is de afgelopen jaren in een opmerkelijke cyclus van instabiliteit terechtgekomen. De coalitieregering onder leiding van premier Dick Schoof viel officieel uiteen op 3 juni 2025 toen Geert Wilders, leider van de extreemrechtse Partij voor de Vrijheid (PVV), zich terugtrok uit de coalitie vanwege onenigheid over het immigratie- en asielbeleid. Deze gebeurtenis luidde een nieuwe periode van onzekerheid in de Nederlandse politiek in. De val van het kabinet in ongeveer 11 maanden na het aantreden van Schoof in juli 2024 zorgde ervoor dat dit kabinet te boek kwam te staan als een van de kortstzittende regeringen in de Nederlandse geschiedenis.
De belangrijkste aanleiding voor de crisis was de bewering van Geert Wilders dat zijn partij in de coalitie was gekomen met de belofte om het "strengste vluchtelingenbeleid" te voeren, maar dat er niet genoeg vooruitgang was geboekt. Deze aantijgingen culmineerden in de afwijzing door de andere coalitiepartners van een streng 10-punten immigratieplan waarvan Wilders eiste dat het in het regeerakkoord, het "Hoofdlijnenakkoord", zou worden opgenomen. Deze situatie heeft opnieuw de kwetsbaarheid aangetoond van coalitieregeringen binnen de meerpartijen parlementaire democratie traditie van Nederland.
Nederland heeft sinds 1918 een lange traditie van een parlementaire meerpartijendemocratie, waarin geen enkele politieke partij een meerderheid in het parlement heeft weten te behalen. Dit structurele kenmerk maakt het noodzakelijk dat regeringen altijd worden gevormd door coalities van twee of meer partijen. Door het hoge systeem van evenredige vertegenwoordiging en de lage kiesdrempel in het land is een groot aantal partijen vertegenwoordigd in het parlement. Dit maakt coalitievorming vaak lang en complex. Omdat deze gefragmenteerde structuur het vrijwel onmogelijk maakt voor één partij om een meerderheid te behalen, worden coalitieregeringen een onvermijdelijke noodzaak. Het bereiken van consensus tussen talrijke en ideologisch uiteenlopende partijen verlengt het proces van regeringsvorming echter aanzienlijk; zo duurde de regeringsvorming in 2021-2022 299 dagen. Deze lange en moeilijke formatieprocessen maken regeringen fundamenteel kwetsbaar en vatbaarder voor interne spanningen. Dit structurele kenmerk suggereert dat de huidige crisis niet slechts een kortstondig meningsverschil over beleid is, maar deel uitmaakt van een cyclus van instabiliteit die diep in de Nederlandse politiek ligt. Dit vergroot de kans dat toekomstige regeringen met soortgelijke instabiliteit te maken krijgen en kan belangrijke beleidshervormingen op de lange termijn belemmeren.
Inhoud
SchakelDe coalitie, onder leiding van premier Dick Schoof, bestond uit vier partijen: de extreem-rechtse Partij voor de Vrijheid (PVV) van Geert Wilders (37 zetels), de liberaal-conservatieve Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (VVD) (24 zetels), het centristische Nieuw Sociaal Contract (NSC) (20 zetels) en de populistische Boerenburgerbeweging (BBB) (7 zetels). Deze vier partijen hadden een comfortabele meerderheid in de 150 leden tellende Kamer van Afgevaardigden met in totaal 88 zetels. Met de terugtrekking van de PVV uit de coalitie daalde het aantal zetels van de overgebleven drie partijen naar 51 en verloor de regering haar parlementaire meerderheid.
Dick Schoof werd gekozen als compromiskandidaat voor het premierschap na de verrassende overwinning van de PVV bij de verkiezingen in november 2023, omdat de coalitiepartners er tegen waren dat Wilders direct premier zou worden. De steun van de partij Nieuw Sociaal Contract (NSC) is aanzienlijk gedaald in de peilingen sinds de charismatische leider Pieter Omtzigt zich heeft teruggetrokken.
Wilders presenteerde een strikt 10-punten immigratieplan dat hij opgenomen wilde zien in het "Hoofdlijnenakkoord" van de coalitie (het regeerakkoord dat bij de regeringsformatie werd ondertekend). De belangrijkste punten van dit plan zijn: de volledige sluiting van de grenzen voor asielzoekers, het terugsturen van asielzoekers, verscherpte militaire controles aan de landgrenzen, de sluiting van bestaande opvangcentra voor asielzoekers, de tijdelijke opschorting van gezinshereniging voor vluchtelingen en de repatriëring van duizenden Syriërs. Het verkiezingsprogramma van de PVV voor 2023 bevatte nog extremere maatregelen, zoals een verbod op alle moskeeën, islamitische scholen, een verbod op het gebruik van de Koran en een verbod op hoofddoekjes in overheidsgebouwen. In feite bevatte het regeerakkoord van de regering-Schoof al strenge immigratie- en integratiemaatregelen. Deze bestonden onder andere uit het afschaffen van asielvergunningen voor onbepaalde tijd, het aanscherpen van de voorwaarden voor tijdelijke verblijfsvergunningen, het zoveel mogelijk uitzetten van afgewezen asielzoekers, het afschaffen van voorrang bij de toewijzing van sociale huurwoningen voor mensen met een vluchtelingenstatus, het de-automatiseren van gezinshereniging en het afschaffen van de "asielzoekersverdelingswet". Wilders verklaarde echter dat hij het tempo van de uitvoering van dit bestaande beleid te laag vond en eiste de onmiddellijke goedkeuring van zijn 10-puntenplan.
De reacties van de coalitiepartners op het besluit van Wilders waren hard. VVD-leider Dilan Yeşilgöz omschreef het besluit van Wilders als "onnodig en onverantwoordelijk" en zei: "Het gaat Geert niet om de essentie van de zaak. Zijn belangrijkste doel is de migrantenkwestie, niet de belangen van Nederland of zijn kiezers." Yeşilgöz verklaarde dat Wilders "zijn eigen belangen boven de belangen van het land stelt" en "Nederland met rust laat". BBB-leider Caroline van der Plas omschreef het besluit van Wilders als "volstrekt onverantwoordelijk, roekeloos en onbegrijpelijk voor degenen die hopen op verandering" en stelde dat "het Nederland niet op de eerste plaats zet, het zet Geert Wilders op de eerste plaats". NSC-leider Nicolien van Vroonhoven omschreef het gedrag van Wilders ook als "onverantwoordelijk en onbegrijpelijk" en verklaarde dat de andere drie coalitiepartners bereid waren om mee te werken aan een hard immigratiebeleid.
Premier Dick Schoof noemde het besluit van Wilders "onnodig en onverantwoordelijk" en kondigde aan dat hij het ontslag van PVV-ministers zou aanbieden aan Koning Willem-Alexander. Schoof verklaarde dat het zou blijven functioneren als een "interim-regering" totdat een nieuw kabinet was gevormd. Dit betekent dat Nederland met een interim-regering naar de belangrijke NAVO-top in Den Haag op 24-25 juni gaat.
Geert Wilders ziet af van het premierschap en accepteert Dick Schoof als compromiskandidaat ondanks zijn verkiezingsoverwinning in november 2023 maar dreigde de coalitie vervolgens met een streng 10-punten migratieplan. en zijn uiteindelijke terugtrekking als onderdeel van zijn politieke carrière om de migratiekwestie constant bovenaan de politieke agenda te houden en kan worden geïnterpreteerd als een poging om loyaliteit te tonen aan haar electorale basis. Deze beslissing van de coalitiepartners is "onverantwoordelijk". en "eigenbelang" laat duidelijk het gebrek aan vertrouwen en de diepe ideologische verschillen binnen de coalitie zien. De val van de regering Schoof binnen 11 maanden dat deze coalitie vanaf het begin "een van de meest ongelukkige politieke huwelijken in Europa" was en "interne instabiliteit in de politieke arena, ondersteunt de academische interpretaties dat hij migratie ervaart. De stap van Wilders kan ook worden gezien als een poging om migratie weer centraal te stellen in het politieke debat, nu de steun voor de PVV in recente peilingen is afgenomen en internationale kwesties zoals de oorlog in Oekraïne voorrang krijgen boven migratie. Dit toont aan dat de crisis niet alleen een politiek meningsverschil is, maar ook een gevolg van Wilders' strategie om de migratiekwestie voortdurend te politiseren als onderdeel van zijn politieke carrière. Dit bewijst eens te meer hoe uitdagend het is om in Nederland een regering te vormen en te behouden, vooral wanneer er extreemrechtse partijen bij betrokken zijn, en suggereert dat toekomstige coalitieonderhandelingen voor vergelijkbare uitdagingen zullen komen te staan.
De onderstaande tabel geeft een overzicht van de belangrijkste actoren in de recente Nederlandse regeringscrisis en hun standpunten over het migratiebeleid:
Tabel 1: Belangrijkste actoren en standpunten van de recente Nederlandse regeringscrisis
Naam partij | Leider | Aantal parlementszetels (pre-Coalitie) | Basisstandpunt over migratiebeleid |
---|---|---|---|
PVV (Partij voor de Vrijheid) | Geert Wilders | 37 | Het eist de onmiddellijke uitvoering van een strikt 10-puntenplan, waaronder een volledige sluiting van de grenzen, een stop op gezinshereniging, het terugsturen van asielzoekers, militaire grenscontroles, het sluiten van bestaande opvangcentra en de repatriëring van Syriërs. |
VVD (Volkspartij voor Vrijheid en Democratie) | Dilan Jailgoz | 24 | Hij vindt het besluit van Wilders "onverantwoordelijk" en "onnodig". Hij stelt dat de strenge migratiemaatregelen in het huidige regeerakkoord al worden uitgevoerd. |
NSC (Nieuw Sociaal Contract) | Nicolien van Vroonhoven | 20 | Hij beschrijft het gedrag van Wilders als "onverantwoordelijk en onbegrijpelijk". De andere drie coalitiepartners zijn bereid mee te werken aan een streng immigratiebeleid. |
BBB (Boer Burger Beweging) | Caroline van der Plas | 7 | Hij beschrijft het besluit van Wilders als "onverantwoordelijk, roekeloos en onbegrijpelijk voor degenen die hopen op verandering". Hij zegt dat Wilders zichzelf prioriteit geeft boven het land. |
Totaal aantal coalitiezetels (na terugtrekking PVV) | 51 (vanaf 150 stoelen) |
De val van de regering in juni 2025 is de tweede regeringscrisis in Nederland over immigratiebeleid in minder dan twee jaar. Het vierde kabinet (Rutte IV), onder leiding van voormalig premier Mark Rutte, moest op 7 juli 2023 aftreden nadat coalitiepartners geen overeenstemming konden bereiken over een voorgestelde gezinsherenigingsbeperking voor vluchtelingen die gewapende conflicten ontvluchtten. Deze daling leidde tot vervroegde algemene verkiezingen in november 2023, die verrassend werden gewonnen door de PVV-partij van Geert Wilders. Dit laat duidelijk zien dat migratie een steeds doorslaggevender factor is geworden in de Nederlandse politiek en regeringen ten val heeft gebracht.
Het Nederlandse politieke systeem wordt gekenmerkt door een hoge mate van evenredige vertegenwoordiging en een groot aantal partijen in het parlement. Deze structuur leidt ertoe dat geen enkele partij alleen een meerderheid kan behalen en dat regeringen altijd worden gevormd door complexe coalities. Dit maakt regeringsformaties vaak lang en moeilijk; de formatie van het laatste kabinet-Rutte IV duurde bijvoorbeeld 299 dagen en vestigde daarmee een record voor de langste regeringsformatie in de Nederlandse geschiedenis. Ideologische verschillen en partijdiscipline binnen coalities kunnen de uitvoering van beleid bemoeilijken en leiden vaak tot interne spanningen, wat de levensduur van regeringen verkort.
De val van Nederlandse regeringen beperkt zich niet tot migratie. Het schandaal rond de kinderopvangtoeslag ("toeslagenaffaire"), dat in 2021 leidde tot de val van het kabinet Rutte III, laat bijvoorbeeld zien dat overheidscrises ook om andere redenen worden ervaren, zoals transparantie van de overheid, tekortkomingen in openbare diensten en door algoritmes veroorzaakte discriminatie. In dit schandaal beschuldigde een algoritme 26.000 gezinnen ten onrechte van fraude en veroorzaakte ernstige financiële problemen voor gezinnen, waarvan velen een migrantenachtergrond hadden. De politieke achtergrond van Geert Wilders versterkt ook zijn rol in de instabiliteit van regeringen. In 2010 trok Wilders zich terug uit de minderheidsregering onder leiding van Mark Rutte vanwege onenigheid over bezuinigingsmaatregelen, wat bewijst dat hij een geschiedenis heeft in het breken van coalities. In de afgelopen jaren is migratie echter een steeds centraler en polariserender onderwerp geworden in de Nederlandse politiek. Het is een thema dat wordt gevoed door zowel nationale als internationale ontwikkelingen, dat maatschappelijke zorgen weerspiegelt en dat intensief wordt gebruikt door politieke actoren.
De val van de laatste twee regeringen in Nederland vanwege hun immigratiebeleid is geen toeval. Immigratie is een belangrijk onderwerp geweest voor het kabinet Rutte in 2023, zowel vanwege de onenigheid over gezinshereniging als vanwege de onenigheid over gezinshereniging. en het verzet van de regering-Schoof in 2025 tegen het 10-puntenplan van Wilders Deze situatie laat zien dat migratie niet alleen een beleidsterrein is, maar ook een instrument voor politieke actoren in Nederland, vooral voor extreemrechtse partijen, om regeringen ten val te brengen en de politieke agenda in hun voordeel te laten uitvallen. Deze situatie laat zien dat migratie niet alleen een beleidsterrein is, maar ook een instrument voor politieke actoren in Nederland, met name voor extreemrechtse partijen, om regeringen ten val te brengen en de politieke agenda in hun voordeel te laten uitvallen. De afnemende steun van Wilders voor de PVV in recente peilingen en de afname van het belang van migratie naarmate nieuwe internationale kwesties, zoals de oorlog in Oekraïne, op de voorgrond treden. Dit is een strategisch onderdeel van het gebruik van dit "politieke instrument". Met deze zet wilde Wilders zijn kiezers laten zien hoe vastberaden hij is in de kwestie van migratie en om deze kwestie opnieuw centraal te stellen in de nieuwe verkiezingen. Deze situatie leidt af van de objectieve realiteit van de migratiecrisis. benadrukt eerder het potentieel voor politieke manipulatie. Dit kan de Nederlandse politiek verder polariseren en de kans vergroten dat migratie een "rode lijn" wordt in toekomstige coalitieonderhandelingen, wat de stabiliteit op lange termijn verder kan bemoeilijken en de levensduur van regeringen kan verkorten.
Het meerpartijenstelsel in Nederland en lange coalitievormingsprocessen vanwege "urgente" en "must-solve" problemen (zoals de huizencrisis, stikstofuitstoot, energietransitie, gezondheidszorg, sociale woningbouw) vaak moeite om adequate en duurzame beleidsreacties te vinden. Frequente mislukkingen van regeringen en langdurige periodes van interim-regeringen houden deze problemen op de politieke agenda, maar leiden niet tot effectieve oplossingen. Dit kan het vertrouwen van kiezers in regeringen verminderen en de weg vrijmaken voor de opkomst van populistische partijen met beloften om "het systeem te repareren". Het voortdurend ter sprake brengen van immigratie door Wilders is een symptoom en een katalysator van deze cyclus van "onoplosbare problemen", aangezien het niet oplossen van het immigratieprobleem de perceptie versterkt dat andere problemen worden genegeerd. Dit suggereert dat politieke instabiliteit in Nederland niet alleen het gevolg is van partijconflicten, maar ook van chronische beleidsverlamming bij het aanpakken van de structurele problemen waar het land mee kampt. Dit kan de economische en sociale ontwikkeling van Nederland op de lange termijn negatief beïnvloeden en de sociale onvrede vergroten, waardoor het politieke systeem nog kwetsbaarder wordt.
In de onderstaande tabel staan de belangrijkste redenen voor de neergang van de overheid in Nederland in de 21e eeuw en de betrokken kabinetten:
Tabel 2: Historische oorzaken en voorbeelden van overheidsverlagingen in Nederland (21e eeuw)
Naam kast | Minister-president | Ambtstermijn (ongeveer) | Belangrijkste reden voor daling | Verbonden partijen (die een rol spelen in de daling) |
---|---|---|---|---|
Balkenende I | Jan Peter Balkenende | 339 dagen | Meningsverschillen binnen de coalitie (vooral interne problemen van de LPF) | CDA, LPF, VVD |
Balkenende II | Jan Peter Balkenende | 3 jaar, 41 dagen | Terugtrekking D66 na motie van wantrouwen (controverse over staatsburgerschap en immigratiebeleid minister Ayaan Hirsi Ali) | CDA, VVD, D66 |
Balkenende III | Jan Peter Balkenende | 230 dagen | Voorlopige regering (na de val van Balkenende II) | CDA, VVD |
Balkenende IV | Jan Peter Balkenende | 3 jaar, 234 dagen | Onenigheid over bezuinigingsmaatregelen en de militaire missie in Afghanistan | CDA, PvdA, CU |
Rutte I | Mark Rutte | 2 jaar, 22 dagen | Intrekken steun PVV voor bezuinigingsmaatregelen | VVD, CDA (externe steun PVV) |
Rutte II | Mark Rutte | 4 jaar, 355 dagen | (beëindigd door verkiezing, niet gevallen) | VVD, PvdA |
Rutte III | Mark Rutte | 4 jaar, 76 dagen | Het schandaal rond kinderopvangtoeslagen ("toeslagenaffaire") | VVD, CDA, D66, CU |
Rutte IV | Mark Rutte | 2 jaar, 174 dagen | Onenigheid over immigratiebeleid (in het bijzonder beperkingen op gezinshereniging) | VVD, CDA, D66, CU |
Schoof | Dick Schoof | 11 maanden | Terugtrekking van de PVV uit de coalitie over immigratiebeleid (10-puntenplan van Wilders) | PVV, VVD, NSC, BBB |
De aanhoudende huizencrisis in Nederland heeft geleid tot de popularisering van de uitdrukking "we hebben niet meer mensen nodig, we hebben meer huizen nodig". Dit heeft geleid tot het wijdverbreide gebruik van dergelijke discoursen. Er heerst een sterk maatschappelijk beeld dat migranten voorrang krijgen bij het zoeken naar huisvesting. De toename van de bevolking van het land van 15 miljoen naar 18 miljoen in korte tijd was grotendeels te wijten aan migratie en hield rechtstreeks verband met de huizencrisis. De toenemende druk op openbare diensten zoals onderwijs en gezondheidszorg en de waargenomen achteruitgang van de kwaliteit ervan wakkert de anti-immigratiegevoelens aan. Ook de dynamiek van de arbeidsmarkt beïnvloedt deze perceptie: Terwijl geschoolde arbeidsmigranten uit westerse landen (bijv. VS, VK, Japan) een aanzienlijke bijdrage leveren aan de economie Asielzoekers en migranten voor gezinshereniging kunnen worden gezien als een financiële last door een slechte integratie in de arbeidsmarkt en afhankelijkheid van sociale uitkeringen. Dit leidt tot toenemende publieke bezorgdheid over de kosten van migratie en de druk op sociale voorzieningen, ondanks de behoefte van Nederland aan migratie vanwege de vergrijzing en het tekort aan arbeidskrachten.
Er is een wijdverbreide bezorgdheid in de Nederlandse samenleving dat traditionele levensstijlen en culturele identiteit veranderen door immigratie. Dit uit zich in concrete voorbeelden zoals veranderingen in de Sinterklaastraditie, de leegloop van kerken en de toename van moskeeën. De perceptie dat sommige regio's cultureel meer "zoals Turkije" zijn, vergroot de bezorgdheid over culturele identiteit en xenofobie. Moeilijkheden bij de integratie van migranten (taal- en cultuurbarrières) en de perceptie dat sommige groepen migranten de sociale normen niet respecteren of enkel profiteren van de voordelen van het land, vergroten de ontevredenheid. Academisch onderzoek toont aan dat anti-immigrantenattitudes geassocieerd worden met sociaaleconomische status (meer tendens bij laagopgeleiden en ouderen) en culturele bezorgdheid (gepercipieerde bedreiging van traditionele waarden). Deze factoren maken de weg vrij voor de versterking van het anti-immigratie discours en het politieke succes van extreemrechtse partijen door het mobiliseren van deze sentimenten.
De regeringscrisis in Nederland is niet alleen een binnenlandse politieke kwestie, maar heeft ook belangrijke gevolgen voor de Europese en internationale betrekkingen. Het feit dat de crisis uitbrak slechts enkele weken voor de belangrijke NAVO-top die Nederland op 24 en 25 juni in Den Haag organiseert, heeft de positie van het land en de besluitvormingsprocessen op het internationale toneel in onzekerheid gebracht. Reizen naar de top met een interim-regering kan betekenen dat Nederland in deze kritieke periode niet op volle sterkte vertegenwoordigd kan zijn.
Deze politieke instabiliteit in Nederland wordt nauwlettend in de gaten gehouden door extreemrechtse bewegingen in heel Europa. Partijen als Chega in Portugal en AfD in Duitsland zien Wilders' besluit om de coalitie te ontbinden wellicht als een precedent voor soortgelijke tactieken in hun eigen land. Als de crisis in Nederland leidt tot vergelijkbare politieke volatiliteit in andere Europese landen, kan dit leiden tot meer politieke volatiliteit op het hele continent. Dit zou de cohesie van de Europese Unie (EU) en haar capaciteit voor gemeenschappelijke beleidsvorming op de proef kunnen stellen. Nederland heeft een belangrijke rol gespeeld bij het opbouwen van een effectieve coalitie binnen de EU en het inbrengen van expertise. De binnenlandse politieke onzekerheid kan echter de invloed van het land op het EU-beleid verzwakken, wat een negatieve invloed kan hebben op de bredere Europese integratie-inspanningen.
Economisch gezien is de Nederlandse economie een belangrijke pijler van de EU-handel. Een langdurig leiderschapsvacuüm kan de toeleveringsketens verstoren, regelgevende beslissingen vertragen en buitenlandse investeringen ontmoedigen. Sectoren die afhankelijk zijn van de handel in de hele EU, zoals de automobielsector, de technologiesector en de chemische sector, zijn bijzonder kwetsbaar. Belangrijke Europese indices, zoals de Duitse DAX-index, zijn gevoelig gebleken voor instabiliteit in Nederland. De euro zelf wordt ook beïnvloed door deze politieke onzekerheid. Politieke instabiliteit heeft de volatiliteit van de EUR/USD-wisselkoers verhoogd, wat risico's met zich meebrengt voor de economische stabiliteit van de eurozone. In zo'n chaotische omgeving moeten beleggers mogelijk strategieën toepassen zoals diversificatie in defensiesectoren, afdekking van valutarisico's en geografische diversificatie om de risico's te beperken. Onzekerheid over het binnenlands beleid in Nederland is een factor geworden die een negatieve invloed heeft op de economische verwachtingen op internationaal niveau.
De val van het kabinet-Dick Schoof in Nederland heeft opnieuw de inherente kwetsbaarheid van het politieke systeem van het land en het toenemende belang van de migratiekwestie aan het licht gebracht. De hoofdoorzaak van de crisis is de onverzoenlijkheid tussen de eisen van de extreemrechtse PVV-leider Geert Wilders voor een streng immigratiebeleid en het verzet van de coalitiepartners tegen deze eisen. Deze situatie weerspiegelt de moeilijkheden van coalitievorming en -handhaving die het gevolg zijn van het parlementaire meerpartijenstelsel van Nederland.
Vervroegde verkiezingen lijken de komende tijd onvermijdelijk, maar dit proces zal waarschijnlijk niet voor oktober zijn afgerond en de vorming van een nieuwe regering kan maanden duren. Dit betekent dat Nederland belangrijke binnenlandse en buitenlandse beleidsagenda's zal moeten uitvoeren met een interim-regering. De huidige peilingen laten zien dat de PVV nog steeds de sterkste partij is, maar met rivalen zoals de GroenLinkse alliantie (GL/PvdA) en de VVD in de achtervolging. Dit suggereert dat de volgende verkiezingen ook nipt zullen zijn en opnieuw complexe coalitieonderhandelingen zullen vergen.
Er zijn langetermijngevolgen voor de positie van Nederland in het binnenlands en buitenlands beleid. Aanhoudende instabiliteit van de regering kan het moeilijk maken voor het land om blijvende oplossingen te vinden voor urgente problemen zoals huisvesting, klimaatverandering en de arbeidsmarkt. Dit kan het vertrouwen van kiezers in het politieke systeem verder aantasten en de weg vrijmaken voor versterking van populistische bewegingen. Internationaal kan de effectiviteit van Nederland in platforms zoals de EU en de NAVO verzwakken als gevolg van binnenlandse politieke onzekerheid. Het voortduren van extreemrechtse tendensen, met name op het gebied van immigratiebeleid, kan een negatieve invloed hebben op het imago en de samenwerkingscapaciteit van het land binnen Europa. De politieke toekomst van Nederland zal afhangen van de resultaten van de komende verkiezingen en hoe stabiel een nieuwe coalitie kan zijn.
Geen relevante bedrijven gevonden Filters resetten?
© Rehberim.nl
Om de beste ervaringen te bieden, gebruiken we technologieën zoals cookies om apparaatinformatie op te slaan en/of te openen. Uw toestemming voor deze technologieën stelt ons in staat gegevens zoals browsergedrag of unieke ID's op deze site te verwerken. Weigering of intrekking van toestemming kan een negatief effect hebben op bepaalde kenmerken en functionaliteit.